In Nederland maken 30 regio’s een eigen strategie om aan het Nationaal Klimaatakkoord bij te dragen: een RES. Het uiteindelijke doel van het Nationaal Klimaatakkoord is om de uitstoot van CO2 met 49% in 2030 terug te dringen en met 95% in 2050. Hiervoor zijn grote veranderingen nodig in de manier waarop we onze energie opwekken en gebruiken. Er is een overgang nodig van energie uit fossiele brandstoffen zoals gas, steenkolen en olie naar volledig duurzame energie, zoals zon- en windenergie. De zogenoemde energietransitie.

In de RES werken overheden met maatschappelijke partners, netbeheerders, het bedrijfsleven en waar mogelijk bewoners, regionaal gedragen keuzes uit. Dit doen zij in het kader van duurzame energieopwekking, het benutten van (rest)warmte en het gereed maken van de bijbehorende infrastructuur.

Na ondertekening van het Nationaal Klimaatakkoord moeten de regio’s een conceptversie van hun RES indienen bij het Rijk. Het Rijk beoordeelt vervolgens of de optelsom van de 30 regio’s voldoende bijdraagt aan het Nationaal Klimaatakkoord. Daarna hebben regio’s nog eens een aantal maanden de tijd om tot een definitieve RES te komen en deze in te dienen bij het Rijk.